Bron: het boek Wiswerk
Ons zoeken naar waarheid is zo oud als de geschiedenis.
Menszijn is pelgrimeren, op zoek zijn naar verheldering, naar antwoorden op het mysterie van leven en sterven, de contrasten van oorlog en liefde, van bloei en verval, van succes en mislukking.
De stem van het leven zélf nodigt ons uit om te zoeken naar de zin van dit bestaan en actief gehoor te geven aan ons verlangen naar geluk en vervulling. Wij kunnen deze heilige opdracht, deze innerlijke bewogenheid, niet negeren zonder onszelf tekort te doen.
Het is ons meest vitale bestaansmotief, de zinvolste bedoeling en meest structurele bezieling te midden van voortdurend wisselende doelen, functies, waarden en bewegingen.
Ons leven is dagelijks onderhevig aan dit leer- en groeiproces.
Ieders kwaliteit van menszijn hangt rechtstreeks samen met dit motief, want wie zich te zeer richt op externe condities of afgeleide doelen, koerst op onvervuldheid. Zonder zicht op de zin van dit leven ervaren we enkel de zintuiglijke aspecten van het bestaan: beeldvorming, interactie, creativiteit en vele vormen van cultivering en vermaak.
Gemeten aan het potentieel van menszijn en in het licht van een vervuld totaalbestaan bieden tijdelijke compensatie, troost of afhankelijkheid geen betrouwbare ondersteuning.
Wie vooral identiteit ontleent aan de ons omringende condities mist de kernkracht van hartsvoeding en moet noodgedwongen teren op zwakkere bronnen.
Boeddha noemde zulk niet toekomen aan onze adel en volheid ‘lijden’: een leven getekend door de extremen van onvervuldheid én overbodigheid, van onderlinge afhankelijkheid én isolement.
Het gemis van stabiele, innerlijke kracht maakt ons vatbaar voor de verleiding van uiterlijk houvast en ongezonde omgevingen. En hoe vaker en hoe langer we daarop terugvallen, hoe zwakker we blijken te worden.
Het zoeken naar jezelf is te vergelijken met een pelgrimage, en in dit boek symboliseert de oefentrechter deze levenslange tocht.
Concreter: hij dirigeert het slagen ervan en ondersteunt het verloop ervan. Dit zijn de twee basisfuncties van de oefentrechter:
- het doel borgen (motief: vervulling)
- de juiste middelen verschaffen (methode: toenemende integratie)
Bewegen in de trechter geeft juiste richting en dynamiek aan ons leven.
De algemene basisoriëntatie van een bewuste beoefenaar tendeert te midden van wereldse verwikkelingen naar de betrouwbare stevigte van een vruchtbaar, universeel menselijk bodembestaan.
Uit een opgestuwd wervelen in een woelig bassin van onbegrepen krachtenspel, zonder duidelijk doel en zonder blijvende samenhang, laat meditatie me zakken in het tastbare leven zelf dat ik ben.
Daar ergens in mezelf zal per saldo verbetering of antwoord zich openbaren en uitdrukking kunnen vinden.
Bovendien, ikzelf was ooit de veroorzaker van de onechtheid en compensatie die me deden geloven in illusie (het ik) en houvast (de wereld).
Daarom wil ik nu, eenmaal op koers, ook de belichamer en uitdrukker zijn van wat ik duurzamer ben en van de bevrijdende wijsheid die het leven mij aanreikt en toevertrouwt.
Ik ben me ervan bewust dat niemand anders dit werk – het op orde brengen van mijn identiteit – voor mij kan doen. Het is aan mij om deze meest existentiële klus voorgoed te klaren, in lichaam, adem en geest.
Laat ik hierbij nooit vergeten dat alle oefenen steeds vreugdevol bedoeld is.
Laat ik loslatend me ontdoen van misverstand en overbodigheid.
Laat verinnerlijking me bevrijden van de behoefte om anderen lastig te vallen (iets te willen betekenen).
En laat onderzoek en ervaring mij verhelderen en mijn hardnekkige verwikkeld zijn oplossen, dan zal ik me voorzien voelen van alle wezenlijks dat steeds voorhanden is.
◄║►