Beschouw alles – zelfs bergen, rivieren, planten en bomen – als jouw leraar. (Morihei Ueshiba) [1]
Er is een oefenvorm die heet ‘de concentratie van dichterbij en dieper’, kortweg ‘de echtheidsconcentratie’. Beoefening ervan vindt plaats in je belevingskern die als een verticale koker is waar het leven, hemel en aarde verbindend, ons doorstroomt zonder de functionele drukte van invulling, afleiding of vervorming. Hier ervaar je hoe de geest in essentie nooit komt of nergens gaat; reële geesteswerking doet ons de doodloosheid beseffen waarover boeddha’s en bodhisattva’s spreken.
‘Dichterbij gaan’ betekent dat je actief de connectie opzoekt met Boeddha’s aanwezig zijn (vanwege zijn ontwaakte, doodloze aard) zodat er intiemste hartsverbinding heerst.
Wij delen beiden dezelfde geesteskracht en waarheidsliefde. Het navoelen hiervan helpt me alle echtheid concreet te willen belichamen. Boeddha ziet mij vanuit zijn boeddha-oog en ik beleef dit als het activeren van mijn dharma-oog. [2]
Zo is Boeddha in twee hoedanigheden actief: de historische mens die het leven doorgrondde als een onvoorwaardelijk totaalbestaan en daarmee bevrijding vond, is een toegankelijke en uitnodigende kracht die makkelijk herkenbaar is voor mij. En als actueel, bevrijdend krachtveld van transcendente hartskwaliteit belichaamt hij ontwaakte geesteswerking die de volle omvang en diepte van menszijn verheldert, doorheen alle condities, inclusief zelfs sterven.
Deze visie doet me verlangen diezelfde kracht aan te boren en niet langer behoeftig en afhankelijk te zijn, uiteindelijk ook niet van Boeddha’s hulp of aanwezigheid. Het realiseren van de Dharma maakt korte metten met karmische klontering van onderscheid en houvast.
Dit besef leeft helder in mijn belevingskern, in deze waardige, authentieke ruimte van beleven die niet bepaald wordt door willekeurig welke hectiek van wereldkoorts en ik-kramp. Hier laat ik alle zintuiglijke en wereldse maakbaarheid of activiteit los en ben ik ontvankelijk voor rechtstreeks beleven van leven zelf.
Het leert me dat dit leven groter is dan ikzelf en dat het een kracht is die mij elk moment draagt en bezielt en bewust maakt; het wekt me op een subtiele, intuïtieve manier.
Plaatsnemen in de belevingskern stimuleert ons om resterende persoonlijke onrust of onafheid los te laten en in plaats daarvan ons te openen voor opgenomen worden, doorspoeld worden, begrepen en bevrijd worden. De levende Dharma is een actuele stroom van echtheid en volheid die elk moment overal werkzaam is in al wat wij zijn. Die werking is betrouwbaar, in elke denkbare vorm: ik verwelkom de intrinsieke goedheid en bedoeling ervan.
Wat het element ‘kern’ van ‘belevingskern’ betreft: dit duidt niet op een afsluiting of begrenzing; het is geen locatie. Het verwijst naar een geestelijke staat waar de ik-drukte is losgelaten en de pure werking van leven voelbaar wordt. In zo’n ruimte van direct, open beleven voel je je uitgenodigd geconditioneerde gewoontes en ideeën te laten voor wat ze zijn. Het is dezelfde ‘transcendente’ ruimte die ook alle boeddha’s en bodhisattva’s belichamen: hartsbewustzijn.
Bewustwording hiervan leert mij deze pure kracht toe te laten. En dit niet alleen, want dit toelaten maakt me tegelijkertijd duidelijk dat heilzame beleving ook mededogend uitgedrukt moet worden en heel nuchter getoetst kan worden in alle wisselende omstandigheden.
Resumerend: de belevingskern van dharma-werking (boeddha-natuur, onze ware aard) stelt ons in staat de grenzeloze ruimte van geesteswerking te delen met al wat leeft.
Je ervaart hoe dit pure hartsbewustzijn nergens begrensd is en nergens verschilt: ‘Mijn hart en jouw hart zijn één substantie, inclusief alle kwaliteiten en potentieel.’
Dit is Boeddha’s bevrijdende visie, en de connectie daarmee stimuleert me de Dharma nog dieper op te zoeken en me te laten doorwasemen door die magmagloed. Zo komt via de concentratie van dichterbij (Boeddha) en dieper (Dharma) alle ware bedoeling tot leven.
[1] Morihei Ueshiba: Vrede als kunst. Heemstede 1993, pag. 14.
[2] Als dharma-beoefenaars beschikken we over vijf ogen (lees: geestesstaten of bewustzijnsfuncties): zintuiglijk oog (werelds), fijnstoffelijk oog (energetisch), wijsheidsoog (transcendent), dharma-oog (bodhisattva) en boeddha-oog (boeddha).
◄║►